Alles willen zien

Dat Gezamenlijkheid om openheid vraagt, voelt een beetje als de bekende weg. Dat openheid nog niet zo eenvoudig is, ontdekten we tijdens onze Dialoog over gezamenlijkheid, daags na de Volle Maan van januari. Door onszelf voortdurend te bevragen, ontdekten we waarom Gezamenlijkheid om openheid vraagt.

Gezamenlijkheid

Wanneer we een eerste verkenning doen van Gezamenlijkheid spreken we over verbondenheid en verschillen. Respect en ‘hoor en wederhoor’ zijn belangrijk om de voorbij de verschillen toch eenheid te voelen. Gezamenlijkheid is een vrije keuze, het is niet opgelegd. Er is een intentie waarmee je je wilt verbinden en van betekenis is dat ieders individuele belang gespiegeld moet worden in het gezamenlijke belang. Herkenning en erkenning, wederkerigheid, doen ertoe.

Verbinding

Wanneer we onze persoonlijke ervaringen met gezamenlijkheid delen, valt op, dat er een sterk verlangen is om in het contact verbinding te voelen. De verbinding in het contact brengt veel teweeg: er komen diepzinnige gesprekken op gang, ondanks de verschillen wordt de relatie warmer, iedereen kan zijn eigen stroom goed voelen en samen tot iets moois komen. Wanneer de verbinding goed voelbaar is, leidt zelfs flink knallen met elkaar tot verdieping van de verbinding. Dat je ondanks de verschillen de relatie in stand houdt, is waarom gezamenlijkheid openheid vraagt.

Verlangen

Het verlangen om te verbinden is heel sterk. Niemand wil uiteindelijk alleen zijn. We reiken naar elkaar. Het verlangen is dat alles er mag zijn, dat je ook flink mag schuren met elkaar. Je moet wel moeite doen voor openheid. Het morele appèl ‘Samen’ van de overheid, daar voel je dat het niet mag schuren.
Het lijkt ook, dat je de Dialoog pas aangaat met een ander, wanneer je warmte voelt voor die ander. Kennelijk moet er vooraf een veilig gevoel zijn voor de ander.

Intentie

Waartoe zoeken we gezamenlijkheid? Is dat om gezamenlijk iets te gaan doen, tot stand laten komen of om gezamenlijk iets te beleven? Sluit dat elkaar uit? Wat is de intentie?
Samen onderweg zijn ervaren we als het belangrijkste. We leren onderweg en beleven hoe het is om gezamenlijk te reizen. Hoe open kunnen we gezamenlijk blijven?

Keuzevrijheid

Iemand merkt op dat zij niet met iedereen de intentie heeft voor gezamenlijkheid. Gezamenlijkheid is niet gericht op een persoon, maar op iets wat groter is dan die personen. Wat is dat ‘groter’?
Een keuze voor gezamenlijkheid moet organisch tot stand komen. Het morele appèl van de overheid voelt niet als een vrije keuze. In gezamenlijkheid zit óók een keuze om iets niet te doen. Dat er ruimte blijft om er anders over te denken en het anders te doen. De relatie blijft in stand ondanks het eigen afwijkende standpunt. De verbindende kracht is hier onvoorwaardelijkheid. De onvoorwaardelijkheid is ‘groter’ dan de personen afzonderlijk.

Waarom gezamenlijk?

“Ik heb mensen om mij heen nodig. Ze hoeven niet altijd iets te zeggen. Ze hoeven er alleen maar te zijn met hun energie”. Hier spreekt weer het verlangen naar verbinding voelen met andere mensen. Gezamenlijkheid geeft meer kracht. “Ik hou van mensen, ze zijn een spiegel voor mij”. Maar hoe blijven we openstaan voor andere mensen, wanneer de verschillen zich melden?

Open staan

We maken de balans op van ons gesprek. We nemen ons ter Harte dat openheid een essentiële voorwaarde is voor Gezamenlijkheid. Kunnen we oordeelsvrij en met zachtheid luisteren? Kunnen we door onze openheid veiligheid en geborgenheid laten voelen, zodat de ander een afwijkende mening durft te komen? Heb je geduld dat de ander zich geleidelijk veiliger kan? Durf je te twijfelen? Wil je alles zien of is je kijkraam beperkt?
En hoe werkt dat wanneer de ander vast zit in zijn mening? Kun je ook dan open blijven en bij het verhaal van de ander blijven, zonder oordeel? Kun je ruimte laten en blijven voelen waar de ander is?

Begrenzen

Met deze openheid leven vraagt veel moed. Juist wanneer er géén wederkerigheid is. Dan speelt de angst op en het vraagt onverschrokkenheid om tóch het gesprek open aan te gaan, ook al wacht er mogelijk een teleurstelling. Tegelijkertijd is er de vraag om goed af te grenzen. Wanneer je ervaart dat de ander niet open is, dat er geen verbinding of wederkerigheid is, heb dan de moed om af te grenzen. “Ik vind dat het gesprek niet open verloopt. Ik wil niet geleid worden naar een kant op die jij kiest. Ik vind de verbinding niet”. Uiteindelijk verzorg je zo je eigen veiligheid en dat je daar zelf voor kunt zorgen geeft Moed.
We moeten goed kijken of beiden in de Dialoog de uitkomst al vast heeft staan. Wanneer de uitkomst vast staat, is er geen openheid.

Veiligheid

We moeten onder ogen zien, dat niet iedereen zich vanzelfsprekend veilig voelt. Wanneer je verantwoordelijkheid neemt voor je eigen veiligheid door zorgvuldig en liefdevol af te grenzen, dwing je niets af en geef je richting aan veiligheid. Accepteer dat een ander in een andere modus is. Wezenlijk is, is dat we onze eigen gevoelens van onveiligheid onderzoeken en te boven komen. Dat is waarom gezamenlijkheid openheid vraagt. Zodat alle partijen zich veilig kunnen gaan voelen.

Belangeloosheid

Gezamenlijkheid vraagt openheid en belangeloosheid. De uitkomsten van Dialoog zijn niet vastgezet. Wanneer het ons lukt om onvoorwaardelijk de verschillen te respecteren in onze ontmoetingen, wanneer we ons steeds veiliger voelen in verbindingen met mensen met een ander standpunt, dan voeden we gezamenlijkheid en bovenal een wereld zonder angst waar de liefde weer kan stromen. Het draait om veilig voelen waarom gezamenlijkheid om openheid vraagt.

Het Licht van de wederzijdse Liefde

Wanneer de stemmen en de gezichten op het scherm zijn verdwenen, dwalen mijn gedachten naar Don Santiago. Ik ontmoette hem tijdens een reis langs het Titicacameer in Peru en Bolivia. Het was een ongelooflijk lastige reis met diepe verschillen van mening en verwachtingen onder de reisgenoten. ’s Avonds help ik Santiago met groente snijden voor de maaltijd. Hij ziet dat ik het moeilijk hed en hij neemt mij mee naar buiten. Onder de sterrenhemel roept hij de heilige richtingen aan om mij te bekrachtigen. “Huis van de Eeuwige Zon”, spreekt hij aandachtig, “waar alles gekend is in het Licht van de wederzijdse Liefde. Laat al uw zegeningen nu tot ons komen”. Ook ik hef mij armen daarna omhoog. “… zodat we kunnen leven in wereld waarin we zonder angst en verlegenheid elkaar durven lief te hebben”, vul ik hem zachtjes aan. Ik ben tot diep in mijn ziel geroerd.


Waarom Gezamenlijkheid openheid vraagt
Getagd op: